VZH/BH Verkeers Zekere Hond Reglement
Afdeling A
Waardering:
Voor dit examen wordt slechts de kwalificatie GESLAAGD of
AFGEWEZEN verstrekt, waarbij eventueel de in afdeling A behaalde
punten vermeld kunnen worden.
De kandidaat is geslaagd wanneer hij voor afdeling A, het
gehoorzaamheidsgedeelte, 70% van de te verkrijgen 60 punten
behaalt en afdeling B, het praktische gedeelte, naar het oordeel
van de AK, als voldoende beoordeeld wordt.
Aan de geslaagde honden wordt een diploma uitgereikt. Dit
behaalde diploma is geen diploma in de zin van fok-,
tentoonstellings- en aankeuringsreglement, zoals bedoeld in de
FCI-reglementen. Voor het herhalen van dit examen is geen
bepaalde termijn gesteld. De minimum leeftijd waar aan er aan
dit examen kan worden deel genomen, binnen de VDH, is van 12 naar 15
maanden gesteld.
Het examen bestaat uit twee gedeelten:
Afdeling A: Gehoorzaamheidsoefeningen
Afdeling B: Het praktische gedeelte
Afdeling A: GEHOORZAAMHEIDSOEFENINGEN
1. Volgen aan de lijn 15 punten
2. Vrij volgen 15 punten
3. Zit uit de beweging 10 punten
4. Afleggen met voorroepen 10 punten
5. Afliggen met afleiding 10 punten
Maximaal 60 punten
Maximaal te behalen: 60 punten
.
Een hond, die bij deze afdeling niet tenminste 42 punten behaalt
wordt uitgesloten van verdere deelname aan het
examen.
De HG meldt zich met zijn aan de halsketting aangelijnde hond
bij de AK. De ketting mag niet op strop staan. De
hond moet bij het melden links naast de HG zitten en de HG meldt
aan de AK zijn naam, de naam van de hond
en het examen waarvoor hij opgaat.
Alle oefeningen vangen aan vanuit de basispositie en op
aanwijzing van de AK.
1. Volgen aan de lijn 15 punten
a) Commando: “Voet” of “Volg”
b) Uitvoering.
De HG gaat met zijn aangelijnde hond naar de AK, en stelt zich
met zijn hond aan de voet voor. Vanuit de
basispositie moet de hond op commando “Volg” of “Voet” van de HG
deze opmerkzaam, vrolijk en correct volgen,
met het schouderblad ter hoogte van de linkerknie van de HG. Bij
het halt houden moet hij zelfstandig, snel en
recht gaan zitten. Bij het begin van de oefening gaat de HG met
zijn hond 50 passen, zonder halt te houden,
rechtdoor. Na de keerwending en na 10 à 15 passen moet de HG de
looppas en de langzame pas tonen (telkens
tenminste 10 passen). De overgang van looppas naar langzame pas
dient zonder overgang in gewone pas te
gebeuren. De verschillende tempowisselingen moeten zich
duidelijk, in uitvoering, van elkaar onderscheiden. In
normale pas zijn vervolgens, tenminste twee rechtse, twee
keerwendingen en een linkse wending uit te voeren
conform het loopschema op blz. 45. Het halt houden is tenminste
éénmaal in normale pas te tonen.
Aan het einde van de oefening gaat de HG op aanwijzing van de AK
door een bewegende groep van tenminste
vier personen. De HG dient met zijn hond tenminste bij 1 persoon
linksom en bij een andere persoon rechtsom te
gaan en daarna tenminste éénmaal halt te houden in de groep. De
HG met zijn hond verlaat hierna de groep en
neemt de basispositie in.
c) Beoordeling.
Voordringen, zijwaarts afwijken, achter blijven, hulpcommando’s,
lichaamshulp, onoplettendheid, te veel onder
druk staan, leiden tot puntenaftrek.
2. Vrij volgen 15 punten
a) Commando: “Voet” of “Volg”
b) Uitvoering.
Op aanwijzing van de AK wordt nu de hond in de basispositie
buiten de groep afgelijnd.
De HG hangt de lijn om zijn schouder of doet hem in zijn zak. De
HG loopt dan weer met zijn vrij volgende hond
door de groep en houdt daarin minstens éénmaal halt.
Na het verlaten van de groep neemt de HG kort de basispositie in
en toont dan het vrij volgen zoals onder "volgen
aan de lijn" omschreven.
Tijdens het eerste rechte stuk vrij volgen dienen twee schoten
te worden gegeven (kaliber 6mm). Tussen de
schoten zit een tijdsduur van 5 sec.
De schoten worden gelost op tenminste 15 passen afstand van de
hond. De hond moet zich schotvast tonen.
c) Beoordeling.
Voordringen, zijwaarts afwijken, achter blijven, hulpcommando’s,
lichaamshulp, onoplettendheid, te veel onder
druk staan leiden tot puntenaftrek.
Indien de hond bang is voor het schieten, dan wordt hij direct
uitgesloten van verdere deelname aan het examen.
Toont de hond zich bij het schieten agressief, dan is dat
foutief maar leidt niet tot uitsluiting, mits de hond in de
hand van de HG staat. Het volle aantal punten kan alleen gegeven
worden aan de hond die zich bij het schieten
onverschillig gedraagt.
2. Zit uit de beweging 10 punten.
a) Commando’s: “Volg” of “Voet” , “Zit”.
b) Uitvoering.
Vanuit de basispositie gaat de HG met zijn vrij volgende hond
rechtuit.
Na 10 à 15 passen moet de hond op het
commando “Zit” direct, snel en in de looprichting gaan zitten,
zonder dat de HG zijn pas verandert, onderbreekt of
omkijkt. Na tenminste 30 passen blijft de HG staan en draait
zich onmiddellijk om naar zijn rustig zittende hond.
Op aanwijzing van de AK gaat de HG naar zijn hond terug en gaat
aan zijn rechterzijde staan.
c) Beoordeling.
Fouten in de ontwikkeling (gedeelte vrij volgen), traag zitten,
onrustig zitten, leiden tot puntenaftrek. Als de hond
niet zit, gaat liggen of blijft staan worden hiervoor 5 punten
afgetrokken.
3. Afleggen met voorroepen. 10 punten.
a) Commando’s: “Volg” of “Voet”, “Af”, “Hier of naam van de
hond”, “Voet”.
b) Uitvoering.
Vanuit de basispositie gaat de HG met zijn vrij volgende hond
rechtuit. Na 10 à 15 passen moet de hond op het
commando “Af ” direct, snel en in de looprichting gaan liggen,
zonder dat de HG hierbij zijn pas verandert,
onderbreekt of omkijkt. Na tenminste 30 passen blijft de HG
staan en draait zich onmiddellijk naar zijn rustig
liggende hond om. Op aanwijzing van de AK geeft de HG het
commando voor het voorkomen. De hond moet
snel, vrolijk en direct komen en recht midden voor de HG gaan
zitten. Op het commando “Voet” dient de hond
snel en recht naast het linkerbeen van de HG te gaan zitten.
c) Beoordeling.
Fouten in de ontwikkeling (gedeelte vrij volgen), langzaam gaan
liggen, langzaam voorkomen bij het voorroepen,
vertragen bij het voorkomen, houding corrigeren van de HG (o.a.
spreidstand aannemen), fouten bij het voorzitten
en bij het aan de voet gaan, leiden tot puntenaftrek. Zit of
staat de hond na het commando, dan worden hiervoor
5 punten afgetrokken.
5. Afliggen met afleiding. 10 punten.
a) Commando’s, “Af” , “Zit”.
b) Uitvoering.
Voor aanvang van afdeling A van een andere hond legt de HG zijn
hond met het commando “Af” op een hem
door de AK aangewezen plaats. De hond blijft achter zonder lijn
of één of ander voorwerp.
De HG gaat zonder omkijken tenminste 30 passen weg van de hond
en blijft in het zicht van de hond met de rug
naar hem toe staan. De hond moet zonder inwerking van de HG
rustig blijven liggen van oef. 1 tot en met oef. 4.
Op aanwijzing van de AK gaat de HG naar zijn hond en plaatst
zich aan zijn rechter zijde. Na ca 3 sec., op
aanwijzing van de AK en een commando “Zit” van de HG, moet de
hond snel en recht in de basispositie gaan
zitten.
c) Beoordeling.
Onrustig gedrag van de HG evenals andere verdekte hulp, onrustig
liggen van de hond, te vroeg opstaan van de
hond bij het ophalen leiden tot puntenaftrek. Gaat de hond staan
of zitten dan volgt er een gedeeltelijk toekennen
van de punten. Verwijdert de hond zich van de plaats voor
oefening 3
van de werkende hond met meer dan 3 m,
dan worden 0 punten toegekend. Verlaat de hond de plaats na
oefening 3, dan volgt een gedeeltelijke toekenning
van de punten. Komt de hond de HG tegemoet bij het ophalen, dan
wordt er tot 3 punten af getrokken.

Deze website is voor het laats bijgewerkt op:
woensdag 04 mei 2011
|