Appèl algemeen
Appèl binnen
de VDH bestaat uit diverse onderdelen. Ook binnen het appèl
gedeelte kan met tot diverse niveaus gaan met de hond.
Als eerste is er het VZH (Verkeers Zekere Hond) examen. Hierbij
moet de hond niet alleen het SchH 1 programma, zonder apporteren
en vooruitzenden, uitvoeren op het kringgroepterrein, maar
tevens oefeningen uitvoeren in alledaagse situaties. Dit wordt
meestal in een stadgedeelte gedaan waar veel mensen aanwezig
zijn. Tevens is dit gedeelte van het examen een goede reclame
voor de Duitse Herder, daar er wordt getoond dat deze hond nog
altijd een goed karakter heeft en dat men ziet dat er
verantwoord wordt getraind met dit ras. Ook blijkt vaak dat
vooroordelen teniet worden gedaan. Dit examen is tevens de basis
voor alle andere examens binnen de VDH. Men kan geen ander
(deel) examen doen alvorens de hond in het bezit is van dit VZH
certificaat.
Het SchH 1 programma bestaat uit de volgende onderdelen: Los volgen; Zit oefening; Af oefening; Apporteren
over de grond; Apporteren over de 1 meter haag; Apporteren over
de 1.80 meter schutting; Vooruitzenden en
Af liggen met afleiding.
Bij het SchH 2 programma komt daar nog de oefening
Sta uit gewone pas
bij. Bij het SchH 3 programma komt daar nog Sta uit looppas bij. Tijdens de hele routine moet de
geleider te allen tijden een lijn bij zich hebben.
Voor diegene die niet het complete SchH-programma willen of kunnen
doen bestaat de mogelijkheid om net zoals de andere onderdelen
deelcertificaten te halen voor het appèlgedeelte. Met dit
deelcertificaat bestaat weer de mogelijkheid om mee te doen aan
zogenaamde koppelwedstrijden. Hierbij wordt een team gevormd uit
twee geleiders waarbij 1 bijv. het onderdeel speuren doet en de
ander bijv. appèl. Wederom duidelijk dat er meerdere
mogelijkheden zijn binnen de sport op elk gebied.
Wat wordt er
verwacht van een hond tijdens appèl?
Uiteraard dat de hond te allen tijde gehoorzaam is. Vanaf het
begin tot het einde moet de hond in de hand van de geleider
zijn. De hond moet te allen tijden opgewekt en vrolijk zijn/haar
werk doen. Bij het volgwerk moet de hond met het schouderblad op
kniehoogte de geleider, volgens een vastgelegd patroon, volgen.
Bij het halt houden moet de hond direct gaan zitten. Hierna moet
de geleider met hond door een groep volgen en binnen de groep
halt houden. Tijdens het opvolgen
worden er twee schoten gelost waar de hond niet op mag reageren.
Na het volgen komen de volgende oefeningen: Zit; Af; Sta uit
gewone pas & Sta uit looppas (afhankelijk van het programma). Bij deze oefeningen krijgt de hond
telkens het desbetreffend commando tussen de 10 - 15 passen na
de basispositie. De oefeningen moet vlot en correct uitgevoerd
worden. Bij de Af-oefening en de Sta uit looppas wordt de hond
voor geroepen. Hierbij moet de hond correct voor de geleider
gaan zitten alvorens aan de voet te komen.
Hierna volgen de apporteeroefeningen. In totaal bestaan er 3
apporteeroefeningen t.w. apporteren over de vlakke grond,
apporteren over de 1 meter haag en apporteren over de 1.80 meter schutting.
Bij deze oefeningen moet de hond in de basispositie blijven
zitten terwijl de geleider een apporteerblok weggooit. Op
commando moet de hond deze snel gaan halen en ook snel terug
brengen. Bij het terugbrengen moet de hond met de blok rustig in
z'n bek voor de geleider gaan zitten en deze net zo lang
vasthouden tot het commando los. Hierna wordt de hond aan de
voet geroepen. Bij de apporteeroefening over de 1 meter haag mag
de hond tijdens de heen- en terugsprong de haag niet aanraken.
De derde apporteeroefening is over een schutting die 1.80 meter
hoog is, maar dusdanig is opgesteld dat de hond deze hindernis
op een fatsoenlijke manier kan nemen. De hond kan lopend over de
schutting heen en terug.
Na de apporteeroefeningen volgt de Vooruit. Deze oefening houd
in dat de hond "weggestuurd" wordt en op afstand op het commando
AF moet gaan liggen. De hond mag nooit doorlopen tot het einde
van het terrein en het "vooruit"-commando wordt, net zoals bijv.
de zitoefening, tussen de 10 - 15 passen gegeven.
Voor al deze oefening, op het apporteren na, moet de geleider na
het commando 30 passen doorlopen (bij de vooruit moet de hond 30
passen vooruit gaan) alvorens deze zich mag omdraaien.
De laatste oefening die bestaat in het SchH programma is Afliggen
met afleiding. Hierbij moet de hond aan de zijkant van het veld
los blijven liggen terwijl een andere geleider bovenstaande
routine uitvoert. De hond wordt opgehaald voor de
vooruitoefening van de andere geleider.
Het hierboven beschreven programma is natuurlijk verkort
weergegeven en het is ook zo dat een SchH 1 hond niet alle
oefeningen moet doen. Het hoogste niveau, SchH 3, omvat alle
bovenvermelde oefeningen. In totaal zijn er 100 punten te
verdienen en heeft men er 70 nodig om een examen succesvol af te
sluiten.
Alle
reglementen betreffende het appèl binnen de VDH en het
beoordelen hiervan zijn uiteraard verkrijgbaar bij de VDH. Ook
bestaat de mogelijkheid om bij kringgroepen informatie in te
winnen aangaande dit onderdeel van de africhting.